16 mei 2017

Fractie stelt artikel 40 vragen m.b.t. Steengoed wonen in Een in Raad 17 mei

De fractie van de PvdA in de raad van Noordenveld volgt de toekomstige bestemming van de leeggekomen schoolgebouwen in Een op de voet.

Zo heeft de fractie gevraagd de nog komende brief van het college over het stopzetten van de medewerking voor het initiatief van Steengoed Wonen in Een op de plek van de vroegere school De Regenboog op de agenda van de eerstvolgende raadscommissie te plaatsen. De fractie wil weten hoe het beleid van de gemeente om intiatieven uit de samenleving aan te moedigen zich verhoudt met deze beslissing.

Maar de signalen die de fractie opvangt over de verkoop van De Lindehof zijn reden om de hieronder opgenomen schriftelijke vragen te stellen.

Schriftelijke vragen als bedoeld in het reglement van orde, artikel 40.

Op de onlangs gehouden jaarvergadering van Plaatselijk Belang in Een is meegedeeld dat het college niet verder wil meewerken aan het initiatief van de stichting Steengoed Wonen in Een op de plaats van de voormalige Regenboog in Een en dat het gebouw nu op de markt zal worden gebracht. Dat laatste is al gebeurd met de andere school, De Lindehof.

In het dorp circuleren nu suggesties dat zeker een van de gegadigden belangstelling heeft de gebouwen te verbouwen tot kleine appartementen voor (tijdelijke) bewoning.

Vraag 1: Is dat juist?

Vraag 2: Is het college van mening dat een dergelijk gebruik voldoet aan de criteria zoals die door de raad op 8 februari 2017 in de omgevingsvisie voor deze gebouwen zijn vastgesteld, namelijk: De vrijgekomen schoollocaties hebben een passende herbestemming gekregen met voldoende draagvlak die bijdragen aan de leefbaarheid van het dorp?

Vraag 3: Is mogelijke verbouw tot kleine appartementen en verhuur daarvan niet strijdig met het gegeven dat de woningcorporatie Actium geen verdere uitbreiding van sociale huurwoningen noodzakelijk acht in Een?

Vraag 4: De hiervoor genoemde criteria zijn niet opgenomen in de gegevens die aan belangstellenden voor De Lindehof worden verstrekt, zo bleek ons. Deelt het college onze opvatting dat dit relevante informatie is voor potentiële belangstellenden?

Vraag 5: Wanneer het college de vorige vraag bevestigend beantwoordt, waarom is die informatie dan niet opgenomen in de gegevens voor belangstellenden?

Vraag 6: Op welke wijze zal het college uitvoering geven aan de tijdige toepassing, d.w.z voordat een beslissing tot verkoop wordt genomen, van deze criteria bij de beslissingen over De Lindehof en De Regenboog?

Vraag 7: Aangezien het hier gaat om kaders die door de raad zijn vastgesteld lijkt het ons dat het college de raad in staat dient te stellen om haar controlerende taak op dit punt uit te voeren door een eventuele beslissing tot verkoop vooraf in de raad te toetsen. Deelt het college deze opvatting?

Vraag 8: Is het college bereid geen onomkeerbare beslissingen te nemen ten aanzien van deze gebouwen voordat de raad de toetsing zoals bedoeld in vraag 7 heeft kunnen uitvoeren?

Vraag 9: Wat is de feitelijke stand van zaken met betrekking tot de beide schoolgebouwen?

Norg, 11 april 2017

Fractie PvdA.

Inlichtingen: Wietze de Wind, woordvoerder volkshuisvesting, telefoon 06-13583177